Stap 4

Verantwoording en communicatie

Kinderen moeten altijd terughoren wat er met hun inbreng gebeurd is. En wat dit betekent voor de verwezenlijking van hun rechten. Ongeacht of het voorstel wel, niet of gedeeltelijk in lijn gebracht wordt met het Kinderrechtenverdrag. Leg in eenvoudige taal uit hoe je de belangen van kinderen hebt meegenomen in het voorstel. Koppel dit niet alleen terug aan de kinderen die je hebt gesproken, maar zorg dat dit beschikbaar en raadpleegbaar is voor alle kinderen in Europees – en/of Caribisch Nederland.

Neem de uitkomsten van de kinderrechtentoets op in de toelichting bij het voorstel, zoals een Memorie van Toelichting bij wetsvoorstellen. Dit zodat voor de buitenwereld duidelijk is wat er uit de kinderrechtentoets is gekomen en welke gevolgen dit heeft gehad voor het voorstel dat is opgesteld.

Dit betekent dat:

  • De informatie gericht aan kinderen geschreven is in kindvriendelijke taal.
  • Een goede onderbouwing van het besluit gegeven wordt waarin is aangegeven: hoe de besluitvorming tot stand is gekomen en hoe het voorstel bijdraagt aan de verwezenlijking van de rechten van kinderen.
  • Duidelijk moet zijn wat de afweging is geweest om het voorstel wel of niet in lijn te brengen met het Kinderrechtenverdrag

Belangrijk!
Aan kinderen moet uitgelegd worden wat ze kunnen doen als ze het niet eens zijn met het uiteindelijke voorstel. Kinderen kunnen bijvoorbeeld een brief sturen naar de betreffende raadscommissie (als het gaat om lokale regelgeving) of Tweede Kamercommissie, een signaal afgeven bij een lokale ombudsvoorziening of de Kinderombudsman.